De verscheidenheid aan planten is groot in Thailand door de langgerekte vorm van het land en de hoogteverschillen, en sluit in het noorden grotendeels aan bij die van India en Birma en in het zuiden bij die van Maleisië en Indonesië. Men schat dat zes procent van de bekende soorten planten op aarde in Thailand te vinden zijn.
Er zijn ca. 15.000 inheemse planten, waaronder meer dan 500 boomsoorten en meer dan 1000 soorten orchideeën. De orchidee wordt dan ook beschouwd als een nationaal symbool. Tropische planten, waaronder hibiscus, acacia, lotus, rode jasmijn en bougainvillea, zijn in overvloed aanwezig. In de koelere noordelijke streken bloeien azalea’s en rododendrons.
Oorspronkelijk was Thailand grotendeels met wouden bedekt (nu nog ca. een kwart van het land, zo’n 130.000 km2), van mangrovebossen aan de kust tot naaldhoutbossen (Pinus) op de bergtoppen. Bladverliezend moessonbos met eiken overheerst in het noorden; hier komen ook veel teakbossen voor. Gemengd regenbos komt voor in het zuiden en op berghellingen in het noorden.
Delen van Zuid-Thailand zijn bedekt met eeuwig groen tropisch regenwoud. Hier groeit onder andere ijzerhout, rotan, rozenhout en palmen. De teak is veruit de bekendste boom van Thailand, maar er zijn ook nog andere inheemse boomsoorten: onder meer de yang, de teng-rang, de daeng en de tabaek.
De flora van het nationaal park Khao Sok op Phuket bestaat onder meer uit lianen, bamboe, rotan, varens, en de spectaculaire ‘rafflesia’, een gigantische parasiet, met een diameter van 80 centimeter is het de grootste bloem ter wereld. Het is een parasiet zonder eigen wortels of bladeren, die woekert in de wortels van een liaan. Een andere biologische zeldzaamheid die alleen is te zien op Phuket en in het Khao Sok nationaal park, is de ‘lahng kao’, een inheemse palmsoort.
Aan de kust en de monding van de delta’s gedijen mangrovebossen. Mangrovebossen zijn vloedbossen in de tropen, waarbij de wortels van de bomen in het slik van de zeekust staan. Bij eb komt het wortelstelsel bloot en bij vloed staat het onder water. Deze bossen komen in Thailand nog voor bij Chantaburi, Koh Chang, Phuket, Krabi, Trang en Songkla. In dertig jaar tijd is het areaal mangrovebossen verminderd van 3680 km2 tot 1650 km2 vanwege het feit dat het uitstekend brandhout oplevert. Tussen de wortels bevinden zich de broedplaatsen van vele vissen.
Inmiddels is de Thaise regering begonnen met her opnieuw aanleggen van Mangrove bossen, o.a. net buiten Pak Nam Pram (Prachuap Khiri Kan).
Veel van de oorspronkelijke vegetatie heeft plaats gemaakt voor cultures, savannes (vooral in het laagland van de centrale vlakte) en secundaire vegetaties waaronder veel bamboebos. De belangrijkste cultuurgewassen zijn rubberbomen, tabak, suikerriet en katoen. Sinds 1989 is er om het tij te keren een verbod op houtkap afgekondigd door de Thaise regering.